

MEELZE: Mariette Elzenga: Romantische adoratie voor Ierland

MEELZE heet de maandelijkse column van Mariette Elzenga uit Muntendam. En is een vervolg op haar 7 zomercolumns van vorig jaar. Die gingen over allerlei zaken die zich in of om haar huis afspeelden. Ze vielen in de smaak, de reacties waren bijzonder positief. Elzenga neemt ons nu mee naar Ierland. Ze beschrijft dit land op fantastische wijze. Over de wandelingen, The Dubliners en whisky.

Ierland is The Dubliners, The Dubliners zijn Ierland. Begin jaren 70 ontdekte ik de Dubliners en begon mijn romantische adoratie voor Ierland. Ze zongen over vrijheid en onafhankelijkheid, niet alleen over de onafhankelijkheid van Groot Brittannië, maar ook over de vrijheid als levenshouding. Ze zongen over ramblers en wild rovers die niet vies waren van Guinness en whisky en zo klonken hun eigen stemmen dan ook. Ze zongen over Paddy en Molly. Ze waren meesters op de banjo, mandoline, viool en thin whistle.
Melancholische muziek
Op de Albert Kuipmarkt in Amsterdam stond een kraampje met vooral Ierse muziek en een enthousiaste eigenaar, die telkens op zoek ging naar nieuw materiaal. Ik kocht daar alle elpees van de Dubliners en boeken met hun songteksten. Ik leerde ze uit mijn hoofd en zong luidkeels mee. Het was vrolijke, maar ook een beetje melancholische muziek. Ik las over de Ierse geschiedenis en de Ierse natuur. En ik ging er een week wandelen en kamperen met een vriendje. Het was eind mei en het mooiste weer van de wereld. Toch was de venige grond altijd nat en soppig.
Guinness en whisky
We kwamen in de dorpen waar de Dubliners over zongen: Tralee, Wicklow en Killarney. We dronken Guinness en whisky in de pub waar altijd livemuziek was. De whisky was van het merk Jameson en had een etiket met de tekst: not a drop will be sold until it is seven years old. We zetten de tent op in the middle of nowhere, aan de kust, in de wind en tussen de schapen. Het land was leeg en ruw en puur, het rook er naar turf en zee en de luchten waren nog mooier dan in Nederland. Maar het was destijds ook een arm land waar de mensen niet veel te makken hadden en er een beetje shabby uitzagen, evenals de huizen. Maar ze waren aardig en vrolijk en hun tongval is prachtig. Het Gaelic klinkt nog mooier, maar is onverstaanbaar en onleesbaar met al die medeklinkers achter elkaar. Het was fantastisch en liefde op het eerste gezicht.
Bergen, zon en wijn
Toch duurde het nog jaren voor ik er weer kwam. Ik bleef wel naar de Dubliners luisteren en bezocht hun concerten, maar kreeg een ander vriendje en andere vakantiebestemmingen. Het werden de bergen en het zuiden en de zon en wijn. Ook fantastisch, maar Ierland bleef in mijn hoofd. Ik haalde hem over en we liepen de Dingle way met zijn geweldige kusten, mooie dorpjes en gezellige pubs. We zongen delen van de liederen van the Dubliners. Favoriet was: I’ve been a wild rover for many the years and I spend all my money on whisky and beers. Het weer was ook Iers met regenbuien en mist, en dus nog mooiere luchten en groener gras. Het was ook deze keer fantastisch en ik was nog steeds verliefd op het land.
Groener
Maar ook dat is alweer een paar jaar geleden en ondertussen werd er weer gewandeld in Spanje, Portugal en Italië. Dit jaar konden we niet kiezen tussen de zuidelijke warmte en het wat nattere en koelere noorden. Vrienden gaan naar Ierland en leenden mij het boek van Dolf Jansen met de titel Waar het gras altijd groener is. Hij heeft een Ierse moeder en sinds 2007 een huis op Beara Island. En toen ik het boek gelezen had, was ik verkocht en wist: daar wil ik weer naartoe. Vriend zag het ook wel zitten en dus gaan we straks in juli naar Beara Island en wandelen in 11 dagen het schiereiland rond.
Gedicht
We gaan nog even oefenen met de liedjes van de Dubliners en leren een gedicht van Dolf Jansen uit het hoofd dat aldus begint:
Meestal schijnt de zon,
maar zeker zo vaak regent het.
Soms loop je zo de volgende bui in,
of de vorige uit,
maar het is wel Ierland.