MEELZE: Mariette Elzenga geniet van 'haar' aardappelland
MEELZE is de column van Mariette Elzenga uit Muntendam. Sinds de zomer van 2015 schrijft Elzenga maandelijks over van alles en nog wat, wat ze meemaakt in haar omgeving en wat haar zoal bezighoudt. Zo herkenbaar. Deze keer schrijft Mariette Elzenga over het aardappelland (Doar bluit mien eerappellaand) bij haar in de buurt en over de periode dat ze als kind zelf aardappelen rooide in Norg.
Het is natuurlijk niet mijn aardappelland, maar het land van mijn buren en boeren aan de Tussenklappen. Maar het is wel mijn uitzicht vanaf de keukentafel en ik volg alle werkzaamheden op de voet. Wel de lusten, maar niet de lasten.
Kaarsrecht
In het voorjaar worden de aardappels gepoot en de ruggen vormen zwarte, kaarsrechte rijen in het land. Langzamerhand worden de rijen groen en voor je het weet staan ze in bloei en zie ik, zover mijn oog reikt, een bloemenzee van roze en witte bloemen, die een heerlijke zoete geur verspreiden. Dan bluit mien laand dus echt. Of zoals Ede Staal zong: t Liekt zo mooi, dat laand mit aal zien kleuren, ze stoanen in blui: t is lila, roze en wit. De boeren hebben het ondertussen druk met ervoor te zorgen dat ze niet ziek of droog worden en rijden zo nu en dan met grote sproeimachines over het land.
Kunst
Langzaam gaat de bloei eruit, het loof sterft af en het tijd is om te oogsten. Gelukkig was het dit jaar een hele week mooi nazomerweer en droog genoeg om met de machines het land op te gaan. Hoewel er nog natte en sompige stukken waren, waar zelfs de dikke trekkers moeite mee hadden. Het is dan een drukte van belang en er worden lange dagen gemaakt. Overal zie ik rooimachines met daarnaast een trekker waarin de aardappels opgevangen en vervoerd worden. Als de ene vol is, rijdt hij naar de schuur en de tweede gaat ernaast rijden. Het lijkt mij nog een hele kunst om in hetzelfde tempo naast elkaar te blijven rijden. Honderden meeuwen vergezellen de trekkers. Het lijkt de Birds van Hitchcock wel, maar veel minder eng.
Eerappelrooivakantie
Ik moet dan altijd denken aan mijn herfstvakanties op de lagere school in Norg. Het heette nog helemaal niet 'herfstvakantie', maar eerappelrooivakantie. Niks vakantie dus, gewoon hard werken. Met de hele klas kropen we dagenlang op de knieën over het land om aardappels met de hand te rooien. De boeren hadden toen nog geen nijmoodse rudermesien, hoogstens een apparaat achter de trekker om de aardappels los te maken. De eerste aardappelrooimachine kwam in 1966 in Norg. De Drentse aardappelvelden waren een stuk kleiner dan nu in Groningen en ik hoefde geen zeven dagen in de week in de grond te krabben. Dus vond ik het wel gezellig om met z'n allen een karwei te klaren. Zo is waarschijnlijk mijn liefde voor wroeten in de aarde ontstaan.
Aardappeloogst
De schuur van de buurman ligt nu helemaal vol en hij heeft nog vier hectare te gaan. Helaas regent het. De opbrengst is goed, evenals de aardappeloogst van mien toentje. Ze zijn zo groot dat we samen aan 1 aardappel genoeg hebben.
Kaal
Het land ligt er nu kaal bij. Straks gaan de groenbemesters erin. Als de winter niet al te koud is, heb ik bloeiende akkers met bladrammenas, mosterdzaad en wintertarwe. En dan duurt het maar eventjes en bluien de eerappels weer.
Foto onder: Zo ging het rooien van aardappelen vroeger. Foto: www.hoogeveen2000.com.