
MEELZE: Mariette Elzenga beschrijft het lege nestsyndroom
MEELZE heet de maandelijkse column van Mariette Elzenga uit Muntendam. En is een vervolg op haar 7 zomercolumns. Die gingen het afgelopen jaar over van alles en nog wat - wespen, mussenflat, hitte en horren en kippen - wat zich in of om haar huis afspeelde. De reacties waren bijzonder positief. Vandaag komen haar kippen weer aan bod. Elzenga heeft het over 'het lege nestsyndroom'.
Ons kippenhok is leeg. De kippen zijn weg. Ze zijn uit huis geplaatst. Niet omdat wij niet goed voor ze zorgden. Ook niet omdat ze zich misdroegen of op het verkeerde pad waren. Nee, vanwege een bizarre, onbegrijpelijke en absurde maatregel uit de boze, kapitalistische buitenwereld moesten ze het erf af. Boosheid en verdriet voelden we, maar er was geen ontkomen aan. Na 30 jaar kwam er een einde aan scharrelende kippen op het erf. Geen enthousiaste geluiden meer als je de achterdeur open doet. Geen kippen meer die bokkensprongetjes maken om bij de druiven te komen. Wat doen we met de restjes spaghetti, rijst, broodkorstjes en groentes? Geen kuilen meer in het gras en geen stront meer op het terras. En geen eieren meer.
Oude baas
De laatste vier die we nog hadden, hebben een goed tweede huis gekregen. Ze lopen nu in het hertenkampje in Zuidbroek tussen de andere kippen, geitjes, damherten en konijnen. En ze hebben een nieuwe, buitengewoon aardige oude baas die elke dag zorgt voor voer, water en een schoon hok. De dierenweide is zijn lust en zijn leven. Hij is er uren zoet mee en geniet van de beesten. Omdat ik regelmatig met en tegen mijn kippen praatte, vroeg ik of hij dat ook deed. "Jazeker, ik ga als het mooi weer is op mijn stoeltje zitten en dan komen ze allemaal naar mij toe. Ze zitten zelfs op mijn schoot en ik praat met ze", zei hij. Beter kun je het niet krijgen. Ik had ze goed voorbereid op hun vertrek en uitgebreid verteld over het hoe en waarom en waarheen. Ze begrepen het ook niet, maar leken het te accepteren. Ook had ik ze nog verwend door de grasrandjes langs het pad af te steken, waardoor allerlei lekkere hapjes te voorschijn kwamen, zoals wormen en larven en andere insecten. Ze zaten zowat op mijn handen en ik praatte voor de laatste keer met ze. We hebben goed afscheid genomen.
Kippenvoer
Maar hoe moest het nu met de mussen? Zoals ik eerder heb geschreven, is het aantal mussen explosief toegenomen door de kippen. Of liever gezegd door het kippenvoer. Die 40 kwetterende mussen wil ik niet ook nog kwijt. Dus staat de deur van het kippenhok nu dag en nacht open, want vossen en steenmarters eten geen mussen. Bovendien slapen de mussen niet in het kippenhok, maar in de rododendron. Het voer wordt in de voerhokjes iedere dag aangevuld. Ze lijken het te waarderen, want ze vliegen nog steeds op topsnelheid het kippenhok in en uit. En ze kwetteren uit dankbaarheid.
Eieren
Jammer dat ze geen eieren leggen, althans niet iedere dag en geen eetbare. Ik weet niet of ze kippen missen. Wij wel!



