
Hoe Herman Brood zijn verjaardagskado vergat in Meeden
Het concert van Herman Brood and His Wild Romance in het dorpshuis van Meeden is het meest succesvolle dat jongerencentrum Malgré Tout ooit heeft georganiseerd. Herman Brood trad vrijdag 12 oktober 1984 op in een bomvolle sporthal. Zo'n 750 bezoekers zagen een wervelende show. Met Bert Meedendorp en Koos Beishuizen kijkt Menterwolde.info terug op dit uniek optreden.
"Ik mocht destijds namens Malgré Tout het contact leggen met Koos van Dijk, de manager van Herman Brood", herinnert Bert Meedendorp zich. "We hadden eigenlijk puur geluk dat we Herman Brood konden strikken. Hij was, na een bloeiende muzikale periode, ietwat in de versukkeling gekomen en Koos van Dijk wilde hem uit dat dal trekken. Koos van Dijk wilde dat Herman Brood in de regio Winschoten zou optreden. Via via speelden we hierop in en konden we hem naar het dorpshuis halen", aldus Koos Beishuizen.
Roos
Bert: "Tijdens het telefoongesprek was Koos erg enthousiast. Hij rekende het me zo voor dat het alleen maar een financieel succes voor ons zou kunnen worden." Het bestuur van Malgré Tout en dorpshuisbeheerder Roel Snitjer sloegen de handen ineens. Ze wisten niet wat er op hen af zou komen."Het was inderdaad een schot in de roos. Heel veel publiciteit en heel veel kaarten verkocht in de voorverkoop. Zo'n succes was voor ons helemaal nieuw. Het resultaat was een bomvol dorpshuis. De mensen kwamen van heinde en ver", lacht Bert Meedendorp.
Een uitverkochte zaal betekende ook dat de organisatie met beveiliging op de proppen moest komen. Koos Beishuizen: "We schakelden daarvoor de twee dorpsagenten Jan Punter en Arie Bralds in. Samen met wat 'potige' jongens uit het dorp. Toen al was Meeden selfmated. De bars stonden opgesteld voor de toestelberging en de kleedkamers. Vrijwilligers van de jeugdsoos stonden achter de bar."
Gestrekt
Koos weet nog dat die middag niet alleen de roadies van Herman Brood de zaal binnen kwamen lopen. Ook de zanger meldde zich in de sporthal. "Die was in elk geval binnen. Maar wat keken wij, als dorpelingen, onze ogen uit. Herman Brood was zwaar aan de drank. Op een gegeven moment ging hij op de tafels onder het podium in de kleedkamer languit gestrekt liggen. Hij sliep. Wij hoopten maar dat Herman weer wakker zou worden."
Bert zegt dat de organisatie die avond nog wel even in de rats heeft gezeten. "Brood was ergens gaan eten en de tijd dat hij moest spelen naderde en naderde. Maar uiteindelijk kwam het toch nog goed en gaven Brood en zijn bandleden een fantastische show, inclusief een handstand van Herman zelf. Het enthousiasme droop er van af."
Tellertje
Vreemd vond Beishuizen het dat roadies van Brood zich met een tellertje bij de ingang melden toen de zaal open ging. Halverwege de avond werd duidelijk waarom ze dit deden. "De betaling zou, zo was afgesproken, halverwege de avond plaatsvinden onder de kelder van het podium. Samen met jeugdwerker Bert Katerberg gingen wij naar de afgesproken plek. Koos van Dijk en de hoofdroady stonden daar al. Wij legden keurig het afgesproken bedrag op tafel. Er waren veel toeschouwers dus moest er extra geld komen. Daar waren dus de tellers voor bij de ingang. Er werd een compromis gesloten, anders was Herman misschien wel gestopt met spelen."
Garderobe
Dé anekdote die niet onvermeld mag blijven is die van de garderobe op wielen en de verjaardag van de vriendin van Herman Brood. "De garderobe op wielen leek Herman wel een geschikt cadeau", zegt Bert. "Hij was al bezig om dat ding uit elkaar te halen. Ik naar Koos van Dijk en vroeg hem hoe we dit moesten oplossen." Van Dijk adviseerde Meedendorp de zanger af te leiden door van hem een handtekening te vragen. Tijdens deze actie zou de manager de garderobe wegpakken. Herman Brood zou dan niet meer weten waar hij mee bezig was. "Mag ik een handtekening vroeg ik hem. Herman vroeg of ik een pen had. Nee antwoordde ik, waarop Herman zei 'wat doe je hier dan jongen'." De garderobe was gered.
Blowen
Blowen en joints waren die avond hot, weet Koos Beishuizen zich nog haarfijn te herinneren. Wat te doen? "Er zouden veel mensen uit het dorpshuis worden gezet als we zouden besluiten de gebruikers op straat te zetten. De beveiliging, onder aanvoering van onze dorpsagenten, wilden de blowers gedogen, omdat deze mensen zich uiterst rustig gedroegen."



